..:: Anything we fully do is an alone journey ::..

Einde van ene, begin van andere

Beste mede-reizigers,

Inmiddels ben ik terug in het schone, doch platte, Nederlandse landschap. De dagen van terugkomst zijn even wennen geweest, maar langzamerhand keer ik terug in het 'normale' dagelijkse leven. Komende twee jaar woon ik in de stad Groningen, alwaar ik een Master ga volgen in Bedrijfskunde met specialisatie 'Strategie en Innovatie' aan de Rijksuniversiteit. Dit betekent tevens dat mijn reisverhalen (voorlopig) ten einde zijn.

Doch, het einde van het ene, is het begin van hetandere.

Mocht ik ooit weer op reis gaan, dan zal ik wederom een reis site openen en nodig ik jullie weer van harte uit om 'mee te reizen'.Want 1 ding is zeker, als je het reisvirus eenmaal te pakken hebt, dan is dat hardnekkiger dande varkensgriep!Mocht je zelf op reis gaan, laat het me dan weten, ik lees graag mee.

[Lezerstip: www.jetinafrika.reismee.nl]

Op dit moment ben ik druk bezig met verhuizen, maar binnenkort nodig ik iedereen uit voor een kop koffie of iets sterkers.

Mijn deur staat altijd open, net als mijn hart. Het eerste is te vinden op Borneoplein 15A te Groningen, het laatste heeft geen vast adres.

Nogmaals bedankt en hopenlijk tot gauw,

Met Aziatische groet,

Damian

Bangkok aan mijn voeten, het einde van mijn reis.

Grote glazen deuren worden geopend door een vriendelijke lachende Thaise ober. Met een bescheiden knikje bedank ik hem. Ik loop door de deuren en voor een kort moment ontneemt me het uitzicht mijn adem. In de duisternis van de nacht, onder het wakend oog van een heldere witte maan, ligt Bangkok met zijn miljoenen lichtjes. De stad wordt doorkruist door lange snelwegen, waarop autolichten langzaam voortbewegen. In de vele gebouwen brandt achter de ramen licht en grote overheidsgebouwen en belangrijke plekken in de stad zijn prachtig verlicht. Een immense stad fonkelt onder een heldere sterrenhemel.

Een enorme dankbaarheid maakt van me meester. Ik kijk terug op twee en een half maand van geweldige ervaringen. Mijn reis heeft me naar fantastische plekken gebracht, geweldige ervaringen laten beleven en bijzondere mensen laten ontmoeten. In mijn stoutste dromen had ik niet mogen hopen voor zo'n mooie ervaring. Zonder kleerscheuren en vervelende incidenten heb ik Thailand, Birma, Laos, Vietnam en Cambodja mogen doorreizen. Ik ben dankbaar voor het feit dat ik dit heb mogen doen en bedankt iedereen die het mogelijk heeft kunnen maken. Een reis die in mijn hart voor altijd zal bij blijven.

Mijn vorig verhaal eindigde op Phu Quoc, een eiland aan de Zuidwestkust van Vietnam. Op de laatste dag hebben we volop zon en maak ik de mijn grootste fout gedurende reis. Zonder enige bescherming liggen we een dagje op het strand. Resultaat, een verbrande torso die me de dagen daarna nog veel ongemak bezorgd. Een rood gloeiende Kozak vliegt terug naar Saigon, met veel 'Oeh‘s' en 'Aaaah's' onderweg terug. We blijven een nacht in Saigon waar we een lange wandeling maken door een oudere en armere wijk van Saigon. Het is hier waar David zijn eerste vrijwilligerservaring opdeed met gehandicapte kinderen, slachtoffer van Agent Orange (zie vorig verhaal). We bezoeken het opvangcentrum en spelen met de breed glimlachende kinderen. Het is ontzettend vermoeiend, aangezien de kinderen veel aandacht vergen. Ik heb veel respect voor de medewerkers en vrijwilligers die hier dagelijks met zeer weinig middelen een humaan bestaan voor deze kinderen proberen na te streven. Intussen sterf ik van de pijn, want de kinderen springen constant op mijn rug en verwachten enkele rondjes rond het gebouw. De kinderen lachen terwijl ik het gevoel heb dat mijn rug met een vlammenwerper wordt bewerkt.

We overnachten een nacht in Saigon en vertrekken erg vroeg in de ochtend naar de hoofdstad van Cambodja, Phnom Phen. We reizen zes uur, inclusief een uur wachttijd op de grens voor een visum. Gelukkig gaat alles zonder problemen en rijden we door het vijfde land van mijn reis. Mijn eerste indruk? Dit lijkt wel Nederland! Ten opzichte van alle voorgaande landen is dit land platter dan plat. Zover het oog reikt zijn er geen bergen te zien. Een egaal horizontaal landschap van de weg waarop we rijden tot aan de horizon. Nu hebben we geen rijstvelden, bamboehutjes en vele eetkraampjes langs de weg in Nederland, maar toch, de gelijkenissen zijn er.

We komen aan in een kleine stad, waar duidelijk te zien is dat dit land het meeste armoede kent. We hebben een hotel aan de rand van de rivier, met een kamer zonder ramen. Ietwat claustrofobisch, maar we hebben niet te klagen. We huren een Tuk Tuk en rijden langs enkele hoogtepunten, wat voornamelijk monumenten zijn van het verschrikkelijk bewind van de Rode Khmer, onder leiding van Pol Pot. De Rode Khmer (internationaal aangemerkt als Khmer Rouge) was de militaire tak van de Communistische Partij van het toenmalige Democratische Kampuchea (nu Cambodja). Khmer is de naam van het volk dat in Cambodja woont. De Rode Khmer is verantwoordelijk voor de dood van ongeveer 1,7 tot 2 miljoen (sommige cijfer spreken van 3 miljoen) mensen (op een bevolking van 7 miljoen) tussen 1975 en 1979 toen de Rode Khmer aan de macht was.

Allereerst bezoeken we de Tuol Sleng gevangenis en martelkamer, de oude Tuol Svay Prey hogeschool die in 1975 door de rode Khmer werd overgenomen en gebruikt door de speciale veiligheidsdienst van Pol Pot. Vervolgens reizen we af naar een berucht gebeid, vlak buiten de stadsgrenzen van Phnom Phen, dat ook bekend staat als de 'Killing fields'. Een gebied van enkele hectare waar vele mensen geëxecuteerd werden, vaak zonder reden. Het dragen van een bril of van nette (burgerlijke) kleding , of het in bezit hebben van (buitenlandse) boeken, of kennis van een buitenlandse taal wal voldoende reden tot executie. De communistische leer werd gecombineerd met een Spartaanse 'back to basic' ideologie.

De oude school onder een deken van dreigen prikkeldraad en de honderden schedels in de tempel van de Killing Fields laat een bittere smaak achter in mijn herinneringen. Met veel ongeloof en respect voor de bevolking van Cambodja, heb ik het gevoel dat ik het land iets beter begrijp.

In de avond genieten we van het lokale bier en hangen wat rond in de stad. De volgende ochtend bezoeken we nog enkele tempels en pakken het vliegtuig terug naar Bangkok. Daar ontmoeten we onze oude coördinator van mijn vrijwilligersorganisatie, Friends for Asia. Fai is ook met ons meegeweest op de trekking in Chiang Mai en tijdens ons vrijwilligerswerk is er een vonk overgesprongen tussen Fai en David. De relatie was zo sterk dat Fai naar Bangkok is afgereisd om ons beide te zien, maar voornamelijk David. Samen hangen we drie dagen uit in Bangkok. Aangezien ik de stad redelijk ken, ben ik de gids en bezoeken we wederom de staande Boedha, liggende Boedha, Emerald Boedha en Grand Palace. De allerlaatste dag van mijn verblijf in Bangkok pakken we een anderhalf durende trein rit naar Ayutthaya. Deze historische stad ligt ten Noorden van Bangkok en was de voormalige hoofdstad van Koninkgrijk Ayutthaya. Het Historisch Park in het centrum van de stad staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO. De prachtige, goed onderhouden ruïnes zijn adembenemend. Met een privé Tuk Tuk van onze lieftallige vrouwelijke bestuurder 'Oei' achter het stuur, bezoeken we wonderbaarlijke tempels en gebouwen van de vervallen glorie.

Op de laatste avond is het dan echt tijd om afscheid te nemen van dit alles. Ik regel toegang tot één van de meest prestigieuze plekken van Bangkok, de Sirocco Sky Bar, The Dome at the State Tower. Ëen van de top tien beste sky-bars. Zodra je door de glazen deur loopt, daalt een gouden trap af naar een hemels uitzicht. Een open-airdeck bar steekt buiten het gebouw uit en met slechts een glazen kijk je enkele honderden meters naar beneden. Bangkok ligt letterlijk aan je voeten. De ovalen bar verandert telkens van kleur en barman shakt de sterren van de hemel.

Ik neem een diepe zucht en neem het uitzicht in mijn op, terugdenkend aan alle indrukwekkende momenten van mijn reis.

Mijn vliegtuig vertrek vroeg in de ochtend en ik neem afscheid van Fai en David, mijn trouwe reisgenoot. Ik vertrek, en laat Azie achter me, hopend ooit weer terug te keren.

Via deze weg zou ik al mijn trouwe lezer willen bedanken voor het lezen. De reacties waren erg leuk om te lezen en soms hart verwarmend, en dan weer te debiel voor woorden. Ik hoop dat jullie met veel plezier hebben kunnen meereizen. Ik heb zeker genoten van jullie bijzijn.

En als ik één tip zou mogen geven. Twijfel niet, pak je spullen en ga op reis!

Damian

Leven als een koning in Saigon, het vijf sterren paradijs!

Het leven van een reiziger kent veel verschillende facetten. Zo zit je het ene moment gehurkt op een toilet in de jungle, met in de linker hand een zaklamp en in de andere hand een wc rol. Slapen doe je op een harde ondergrond en douchen onder een waterval.

Zoals ik al zei, reizen bestaat uit vele verassingen en soms, als de sterren goed staan en je humeur positief is, doet geluk de rest.

De taxi arriveert voor de deuren van het hotel in Ho Chi Minh city, oftewel Saigon. De deur wordt geopend door een portier gekleed in een maagdelijk wit kostuum. We worden welkom geheten door een Vietnamese glimlach en mijn rugzak wordt uit mijn handen genomen. De grote massieve deuren, met ramen van wonderlijk glas in lood, zwaaien open. De twee portiers bij de deur maken een hofelijke buiging en ik voel me als een ware koning die terugkomt van een victorieuze zege. De grote lobby is overkoepeld door een glazen dag, dat de glinsterende opervlaktes van de blinkende pilaren oogverblindend doet glimmen. In het midden van de immense ruimte staat een enorme vaas met witte bloemen, op een klassieke dikke vloer kleed. Een brede glimlach verschijnt om mijn gezicht. Ik moet lachen. Lachen om de situatie waarin ik me bevindt en de veelzijdigheid die deze reis tot nu toe met zich mee heeft gebracht. Want wie had gedacht dat ik ooit, met mijn T-Shirt, korte broek en slippers, het meest grandieuze vijf sterren hotel van Saigon zou betreden!

Mijn laatste verhaal eindigde halverwege Vietnam, in Hue. Vanuit daar hebben we een drie uur durende busrit genomen naar Hoi An. Dit uit de kluiten gewassen dorpje aan de kust van Vietnam, staat bekend om zijn historisch centrum, de Chineese brug die afgebeeld staat op elk biljet van 20.000 Dong (1 euro), de goede restaurants en de 500 ‘tailor made clothing shops'.

We hangen 3 dagen uit in dit heerlijk rustgevende dorpje, dat lijkt op een Frans vissersdorpje. Gedurende de dag reiden we met de motorscooter naar de witte stranden en blauwe zee. We beklimmen de Marmeren Berg en maken foto's van het geweldig uitzicht. In de avonden lopen we door de straten gevuld met lokale en internationale toeristen en bewonderen de uitgestalde souveniers. Prachtige schilderijen, rode lantarens en kleurrijke zijden stoffen. Het eten is voortreffelijk en de wijn zelfs beter. Het is een ware oase op een intensieve, doch vermoeiend trip. Hier in Hoi An ontmoeten we wederom Ralph en Gijs, mijn twee vrienden van studentenvereniging Io Vivat, waarmee we samen het nachtleven van Hanoi enkele dagen geleden onveilig hebben gemaakt. Ralph en Gijs reizen dezelfde route, maar door een ander reisschema zal dit de laatste keer zijn. We proosten met een Saigon Biere in de hand en wisselen verschillende reisverhalen met elkaar uit.

De laatste avond eten we op het teras van restaurant Mangorooms met uitzicht op de rivier en kleurlijke verlichte straten. Een ware aanrader voor andere reizigers die ooit ambities hebben de plek te bezoeken. Het eten is uitmuntend, ga voor de roodbaars! Het is op deze plek dat we aangenaamd verrast worden door een enorme meevaller. De ouders van David hebben enkele opgespaarde punten over en vinden het geen probleem als we die gebruiken voor enkele overnachtingen in het Park Hyatt Saigon. Het leven van een reiziger gaat soms over rozen!

Zoals jullie hebben kunnen lezen, heb ik enkele problemen met mijn terugreis datum gehad, maar gelukkig is dat nu opgelost. Doordat ik iets eerder dan 14 augustus terug moet vliegen, heb ik mijn reis schema iets moeten aanpassen. Vanuit Hoi An vliegen we daarom rechtstreeks naar Saigon en overnachten in het Hyatt hotel. Enorme bedden, grote badkamers met bad en douche, tv met honderden kanalen (inclusief Nederlands!) en een persoonlijke butler die 24/7 voor je klaar staat! Dat noem ik nou het leven van een backpacker.

David kent de stad erg goed, aangezien dit de stad is waar hij zijn reis begon. Hij heeft hier enkele weken gewoond en vrijwilligers werk gedaan bij een opvangcentrum voor gehandicapte kinderen. Deze kinderen zijn slachtoffer van een ontbladeringsmiddel dat in de Vietnamoorlog veelvuldig werdt ingezet als wapen. De giftige mix van chemicalien dat bekend staat onder de naam ‘Agent Orange' brengt op de dag van vandaag nog veel leed met zich mee. De codenaam sloeg op de oranje band die om de containers zat waarin de Agent Orange opgeslagen was. Nog steeds worden jaarlijks duizenden kinderen met bijv. spina bifida (open rug) en andere misvormingen aan de ruggengraat geboren door het gebruik van Agent Orange.

In Saigon lopen we door de drukke straten die overspoeld worden door de in totaal drie miljoen motorscooters in de stad. We bezoeken het ‘History and War Remnants Museum' dat verslag uit brengt over de gruwelijke gebeurtenissen in de Vietnamoorlog. Een bezoek aan dit museum herinnert me aan het feit dat de miniscule problemen waar we ons dagelijks druk om maken volledig onrelevant zijn. We lopen langs het paleis en bezoeken de markt waar we een namaak Mont Blanc harloge kopen, totaal nutteloos, want hij doet het niet meer. Was te verwachten!

Het nachtleven is hilarisch. Elke club of bar is overspoeld door prostituees. Je kan geen kant opkijken of je wordt gevangen door een naar geld zoekende blik. En glimlach, een iets te gerichte knipoog of een ‘Hi' is genoeg voor een gesprek, waarin de vrouwelijke aandacht overweldigend is. Sommige Aziatische dames zijn wonderschoon en brengen het mannelijk brein op hol. Al feestend komen we nacht door in Saigon.

Op dit moment zit ik op het eiland Phu Quoc, zuid van Vietnam. Het is hier even heerlijk bijkomen van een 2 maanden lange reis. We verblijven op het eiland en chillen op de stranden, waar witte Kozak een kleurtje probeert te vangen. Tot op heden blijft het bij rood. Behalve zonnen en jet-ski rijden is hier niet veel te doen, maar voor een paar dagen is het meer dan prima.

Morgen, de 6de van Augustus, vliegen we terug naar Saigon. We verblijven daar nog één nacht (in een standaard, budget hotel) om de volgende ochtend per bus naar de hoofdstad van Cambodja, Phnom-Penh. Daar blijven we ook één nacht en vliegen dan voor de laatste drie dagen naar Bangkok. Op 11 augustus is dit reizend sprookje dan ook echt voorbij en is het tijd voor mij om terug te vliegen naar Amsterdam.

Ik zit te lang binnen, het is tijd dat ik mijn handoek op het strand maar weer eens opzoek. Bedankt voor de vele reacties en ik hoop dat jullie de foto's leuk vinden.

De warme groeten vanuit Phu Quoc!

De smaak van vers slangenvlees en bloed, welkom in Vietnam!

Een jonge Vietnamees houdt een slang stevig vast bij kop en staart. Zijn vriend legt een roestige lemmet tegen de huid van de slang en glijdt met een soepele beweging langs de schubachtige onderkant. Donker rood bloedt gutst uit het kronkelend lichaam van de slang. Het bloedt komt terecht in een groot glas, dat voor de helft gevuld is met Vodka. 'Very, very good medicin' brengt onze gids/'suicidale motorrijder' lachend uit, terwijl hij driftig naar de slang wijst om meer foto's te maken. Het luguber schouwspel duurt niet langer dan een minuut, maar genoeg om af en toe mijn maag om te keren en de blik af te wenden. De jonge Vietnamees glijdt met twee vingers in de vers opengesneden wond en haalt een klein kloppend hartje tevoorschijn. Mijn maag maakt een krampachtige beweging, maar ik weet me groot te houden. De slang die ik enkele minuten springlevend in mijn handen heb gehouden ligt nu levenloos op de houten planken. Zijn kloppend hartje door midden gesneden, verspreid over twee shotglaasjes.

We stappen in een gloednieuwe vliegtuig op het vliegveld van Viang Chang, Laos. Het wordt mijn eerste vlucht met een Aziatische maatschapij, dus dat brengt de nodige spanning mee. Gelukkig gaat de hele vlucht zonder problemen en landen we in het vierden land van deze reis in Azie: Vietnam! Op het vliegveld worden we opgehaald door een aardige Vietnamees, die ons na een lange tocht van 45 minuten naar ons hotel in het centrum van Hanoi brengt. We overnachten in het oude gedeelte van Hanoi en ik wordt overwelmd door een bizarre, chaotische drukte. Motorscooters scheuren in een constante stroom door de smalle straten. Op het eerste gezicht bestaan er totaal geen regels om het verkeer in goede banen te leiden en na enkele dagen blijkt ook dat er inderdaad geen regels bestaan. Aan beide kanten van de wegen is het nog drukker dan op de straat zelf. Hele Vietnamese gezinnen zitten op kleine, rode plastic kinder stoeltjes driftig hun noedel soep of rundvlees met rijst naar binnen te werken met slechts twee houten stokjes. De winkeliers hebben hun waren uitgestald tot aan de straat, aangezien hun kleine winkels nauwelijk ruimte hebben. Er staan overal scooters geparkeerd en voetgangers lopen driftig heen en weer. Dit alles wordt overwelmd door driftig pratende Vietnamezen, ronkende motoren en een hels kabaal van klaksons.

'En dan nu, dames en heren! In het circus van de Vietnamese scootermaffia, gaat de dappere Kozak een poging wagen de straat heelhuids over te steken'. Als een ware circus artiest doe ik een poging om een straat over te steken in Vietnam. Een constante stroom van scooters blijft op je afkomen, terwijl je langzaam de straat op schuifelt. De scooters manoeuvreren behending om je heen, terwijl je elke gewonnen meter als een Gods geschenk beschouwt. Het oversteken duurt eeuwen voor je eigen gevoel en je hart klopt histerisch in je keel. Eenmaal aan de overkant heb je het gevoel dat je de hele wereld aan kan, tot dat je enkele minuten later weer naar de andere kant moet. Inmiddels heb ik het oversteken aardig onder de knie, maar David waarschuwt me dat het in Saigon nog wel een tikkeltje erger gaat worden.

We verblijven twee dagen in Hanoi, de grootste stad in Noord-Vietnam. We bezoeken enkele hoogtepunten, zoals het Ho Chi Minh Mausoleum, het koninklijke paleis en het verblijf van Ho Chi Minh, een museum over de geschiedenis van Vietnam (wat grotendeels uit propaganda bestaat) en bezoeken tenslotte enkele tempels.

Als we onze ene laatste museum uitlopen worden we aangesproken door een kleine, maar druk pratende Vietnamees met een erg slecht gebit. Hij vraagt ons of we een ritje nodig hebben. Er zijn hier wel enkele taxi's, maar het is gebruikelijk om gewoon achterop bij iemand te gaan en hem daar voor te betalen. We moeten nog 1 museum zien, maar helaas is die niet op loopafstand. Na wat twijfel besluiten we dus in zee te gaan met deze, tot onze verbazing, goed Engels sprekende bestuurder. Hij roept zijn zoon uit de bosjes (ja echt!) en met twee scooters mengen we ons in het drukke verkeer van Hanoi. Het wordt mijn eerste avontuur achterop de scooter en het is 1 van de meest fantastische dingen die ik tot nu toe heb meegemaakt. Ik raak helemaal gefacineerd van deze totaal nieuwe wereld voor mij. Onze bestuurder blijkt tevens een fantastische gids te zijn en hij haalt een boekje tevoorschijn met honderden aanbevelingen in verschillende talen, van toeristen die hij in het verleden heeft rondgeleid door Hanoi. In het boekje valt 1 ding in het bijzonder op, iedereen raadt het slangen avontuur aan.

Voor dat we het weten hebben we de beslissing gemaakt en zitten we op de scooter, voor wat blijkt, een lange rit naar een buitenwijk van de stad. We zijn op weg naar een restaurant die een lokale delicatesse bereidt; vers slangenvlees en bloed. Het restaurant is gelegen op het water en bruggetjes hebben een vredige Vietnamese uitstraling. We worden naar achteren geleidt, naar een grote kooi met verschillende slangen. Een Vietnamese jonge man haalt een slang tevoorschijn en we maken foto's met dit prachtige beest. Even later blijkt dat deze slang zal worden geserveerd om ons de Vietnamese keuken te laten proeven. Zelf had ik gedacht wat slangenvlees te proeven en had ik geen rekening gehouden met het feit dat ik zelf toeschouwer zou zijn van de slacht partij. We volgen de slang naar onze tafel, waar zich het bijzonder schouwspel afspeelt vlak voor mijn ogen. Tot op de dag van vandaag heb ik mijn gevoel van dat moment nog niet weten te vertalen.

De levenloze slang wordt naar achteren genomen en het shotglaasje met een half hart wordt gevuld met het rode slangenbloed. Hiermee dienen we diner te openen en ik sla het voorgerecht gelijk af. David slikt als een koelbloedige vampier het glaasje achterover en verzekert me dat het goed smaakt. Ik hou voet bij stuk. Vervolgens wordt groen maagzuur in een vol vodka glaasje gedruppeld, wat een felgroene kleur geeft aan het tweede shotje. Ook deze sla ik over. Vervolgs worden 1 voor 1 de gerechten op tafel geserveerd; gefrituurde slang, gebakken slang, slangenhuid met lever, gefrituurde kraakbeen stukjes, gebakken slangenkop en dat alles onder de begeleiding van vodka gerijpt op cobra. Nu moet ik toegeven dat ik alle gerechten geproefd heb en dat het voortreffelijk smaakte. Zeker een ervaring rijker!

Die ochtend kwamen we per stom toeval twee van mijn vrienden tegen die ik ken van Io Vivat, mijn studenten vereniging in Leeuwarden. Samen met Ralp en Gijs zijn we die avond het nachtleven van Hanoi ingedoken. Helaas konden we het niet laat maken, want de volgende dag was een vroeg vertrek naar Halong Bay gepland.

We reizen af naar de wonderschone rotsvormaties in Halong Bay. Met een authentiek houten schip varen we over het heldere blauwe water en bezoeken een ietswat toeristische grot. We overnachten op Cat Ba eiland en genieten van het heerlijk verse zeevoedsel, zoals inktvis, krab en verschillende andere soorten schelpdieren.

Terug in Hanoi reizen we gelijk met een nachtbus richting het zuiden, zo halverwege Vietnam. We verblijven momenteel in Hue, een rustige stad met veel bezienswaardigheden in de directe omgeving. We huren een motorscooter en voor het eerst rij ik zelf in Vietnam. Het is ook de allereerste keer dat ik moet schakelen op een motorscooter, dus het vereist dubbele concentratie. Gelukkig zijn we er zonder schrammen van af gekomen! Vandaag bezochten onder begeleiding van een gids het DMZ gebied. De DMZ (Demilitarized Zone, ofwel gedemilitariseerde zone) was tussen 1954 en 1976 een enkele kilometers breed gebied waar hefig gevochten werdt tussen Vietnamese strijders en de Amerikaanse strijdkrachten. Het hoogtepunt is een bezoek aan tunnelcomplex, genaamd Vinh Moc. De tunnels werden gebouwd als toevlucht voor mensen om te ontsnappen aan de intense bombardementen in de Vietnamese gedemilitariseerde Zone. Het werd in verschillende fasen gebouwd en begon in 1966 en duurde tot aan 1972. Dit complex had zijn eigen putten, keukens, kamers voor elke familie en medische ruimtes. Ongeveer 60 families leefden in de tunnels en er werden 17 kinderen in geboren. Deze tunnels waren zo goed gebouwd dat niemand uit het dorp om het leven kwam.

Inmiddels begint het einde van mijn reis langzaam in zicht te komen. Door enkele problemen met mijn terugvlucht, zal ik misschien genoodzaakt zijn terug te vliegen op de 9de van augustus, wat zal betekenen dat ik nog zo'n twee weken te gaan heb. Voorlopig is het nog niet helemaal zeker, maar een vervroegde terugkeer staat bijna vast.

Bedankt voor alle reacties en geniet van de vele nieuwe foto's!

Goodbye! (Ik weet nog niet hoe je tot ziens zegt in Vietnamees, sorry!)

Het Laos sprookje, magische sterrenhemel en betoverende natuur

De zon zakt langzaam achter de bergen en verstrooit een gloed van fel rode en oranje kleuren over de hemel. Enkele seconden geleden was er aan de aan de andere zijde van de berg een dubbele regenboog te zien. Een fenomenaal gezicht en een ware gelukstreffer om net op dat moment op de hoogste heuvel in de stad te zijn, met uitzicht op het centrum, Mekong rivier en de glooiende groene bergen op de achtergrond. Het zijn momenten als deze die het zware reizen waard maken.

De zon glijdt achter de bergen en vuurt een laatste explosie van kleuren over de Mekong oeverstad en zijn bewoners. De nacht daalt en drukt het laatste licht naar de andere zijde van de wereld. Wederom een dag uit het leven van een reiziger.

Ik ben halverwege Laos, in een prachtige stad vol Franse invloeden uit de tijd van kolonien. De stad heet Luang Prabang en is een vredige samensmelting van natuur, mensen en geweldige keuken. We hebben twee dagen gevaren om in deze stad aan te komen. Mijn vorig verhaal eindigde in Chiang Rai. De laatste grote stad in het Noorden van Thailand. Vanuit daar zijn we vertrokken met het openbaar vervoer naar Chiang Khong, een klein dorpje bij de grens van Thailand en Laos. We regelen onze visa voor Laos, wat onverwacht vlot gaat, en steken de rivier over. Aan de andere zijde worden we opgewacht door een vriendelijke bevolking. Er zijn twee zeer bijzondere kenmerken aan de bewoners van Laos, ze zijn klein en ze nemen hun tijd voor alles. Vanaf het eerste moment dat we Laos binnen reizen, moeten we enkele versnellingen terugschakelen. Het tempo in dit land is tergend langzaam, het motto 'No problem'. Al het geboekte vervoer gedurende ons verblijf in Laos heeft tot nu toe een minimale vertraging van 45 minuten gehad. Je raakt er aan gewend.

Aan de ander kant van de rivier staan we in het dorpje Houei Xai. We regelen onze twee daagse boottocht naar Luang Prabang, wederom niet wetend wat ons te wachten staat. We klimmen aan boord van een gammel bootje, gevuld met kleine houten bankjes. Ondanks de geringe omvang, blijven er mensen aan boord klimmen. Het overgrote deel zijn backpackers van onze leeftijd. Wat een comfortabele boottocht had moeten zijn, verandert in een ware strijd van uithoudingsvermogen. Er is amper plek op de boot en de bankjes zijn gemaakt voor dwergen met een groeistoornis. De trip duurt in totaal 6 uur, maar na 2 uur heb je alle mogelijke posities gehad en begin je het gevoel in je onderlichaam te verliezen. Het uitzicht vanuit de boot is uitterraad indrukwekkender dan indrukwekkend. De boot glijdt over het licht bruine Mekong water en de oevers worden gevormd door een wilde groene jungle. Zo nu en dan verschijnt er een primitief dorpje in de verte, bestaande uit gevlochten bamboe hutjes. In het water spelen kinderen en even verderop staan vrouwen kleren te wassen.

Als je bijna op het punt staat uit pure wanhoop jezelf van kant te maken, komen we eindelijk aan in Pak Beng, de tussenstop voor de nacht. We stappen uit in een stadje dat pal gelegen is aan de oevers van de Mekong en bestaande uit 1 hoofdstraat. We nemen een kamer met een balkon en uitzicht op de stad, hoofdstraat en Mekong, een verbluffend uitzicht. De nacht heeft inmiddels zijn intrede gedaan en we wachten op het moment dat de stroom uitgeschakeld wordt. Hier in Pak Beng wordt namelijk om 10:30 de volledige stroomvoorziening uitgezet, om de bewoners en zijn gasten in het donker gehuld achter te laten. Met onze zaklampen zitten we klaar op het balkon, neerkijkend op de straat. Zoals gewoonlijk is de uitschakeling van de stroom later dan verwacht, je bent tenslotte in Laos. En dan opeens worden de huizen in hoog tempo gehuld in duisternis. Als vallende dominostenen verdwijnt electriciteit hier uit het straatbeeld. En daar zit je dan. Volledig in het donker, in de diepe jungle, ver weg van enkele vorm van vooruitstrevende en ontwikkelde beschaving. Het is jij en de natuur, niets meer, niets minder. Zodra de ogen gewend zijn aan de donker, presenteert de nacht zijn adembenemende magische wereld.

De sterren waren tot nu toe nimmer zo fel en dichtbij aanwezig in mijn leven als die nacht in Pak Beng.
De volgende dag vervolgen we onze ‘aangename' boottocht over de Mekong rivier. We komen aan in Luang Prabang, wat onverwacht de mooiste stop op onze reis zal worden hier in Laos. De stad is aanzienelijk groter dan Pak Beng, met een prachtige heuvel in het midden van het centrum. De stad is gehuld in een aangename atmospheer van rust en ontspanning. Vanwege Franse invloeden uit het verleden is deze stad, die vermeld staat op de wereld erfgoedlijst van UNESCO, gevuld met Frans uitstralende gebouwen. Ons verblijf staat in het teken van totale ontspanning en dagen gevuld met fietstochten naar prachtige tempels en een enorme waterval. In de avond is hier niet veel te doen. De restaurants en barretjes sluiten om 10:30 vanwege het lokale alcochol verbod. Er blijkt alleen 1 plek te zijn waar dat niet opgaat en dat is, zonder geintjes, de plaatstelijk bowlingbaan. Het is dus ongelooflijk, maar voor een tweede keer in zeer korte tijd beland ik samen met David en twee zussen uit Canada, die we eerder die avond ontmoet hebben, op de bowlingbaan. Dit keer is de bowlingbaan echter gevuld met veel bezoekers, pompt de muziek uit de luidsprekers en is het geluid van rollende bowlingballen en vallende kegels overwelmend. We spelen enkele potjes bowling, drinken Beerlao en hebben veel lol.
De laatste avond in Luang Prabang sluiten we af met dubbele regenboog en een ziel strelende zonsondergang.

We reizen door naar Vieng Vang, de feestbestemming voor jonge backpackers in Laos. De stad staat bekend om het fenomeen ‘Tubing'. Op een rubberen band met de stroom van de rivier meevaren en onderweg ladderzat worden. De oever zijn gevuld met barretjes waar je met je bandje kan aanmeren en zuipen. In het verleden zijn al enkele dodelijke ongelukken gebeurd met dronken tubbers. De stad is 1 grote tering zooi en is totaal het overgesteld van Luang Prabang. We besluiten niet deel te nemen aan de tubing, maar huren een fiets en bezoeken de omgeving. De beste beslissing uit mijn leven. We fietsen over onverharde wegen, door afgelegen dorpjes, waar kinderen lachend over de wegen rennen. De natuur in de omgeving van Vieng Vang is de mooiste die ik ooit in mijn leven gezien heb en sta versteld over de schoonheid van wat dit land te bieden heeft. We bezoeken enkele diepe, donkere groten, lopen door de machtige jungel, zwemmen in helder blauw water en lopen door uitgestrekte rijstvelden.

De laatste stop is Vieng Chang (Vientane), de hoofstad van Laos. Hier verblijven we in totaal 4 dagen. We nemen wat gas terug, aangezien we de laatste dagen erg ambitieus zijn geweest. Vele kilometers gemaakt en actieve dagen vol bezichtigingen. We nemen een kamer in het centrum van de stad, die van alle Westerse gemakken is voorzien. De communistische stad oogt op het eerst gezicht verlaten. Laos heeft een tragische geschiedenis van oorlog en onderdrukking. De stad is totaal plat gebombardeerd tijdens die Vietnam oorlog en de gehele stad is opgebouwd na deze periode. Er zijn daarom nauwelijks dingen om te bezichtigen en de stad voelt leeg. Het presidenteel paleis bestrijkt een grote opervalakte van het centrum, maar alles binnen de muren is verlaten en staat er vervallen bij. Toch weten we ons hier prima te vermaken en vinden enkele tempels en proberen meer te leren over de geschiedenis van Laos. In de avond genieten we van het uitzicht van de rivier die ons tot nu toe heeft gevolgd en beleven het hilarische nachtleven van Vieng Chang.

Morgen vliegen we om 14:00 met Lao Airlines naar Hanoi, Vietnam (zolang we geen Lao vertraging hebben). Ik heb besloten om, als alles mee zit, 14 augustus terug te vliegen naar Nederland. Ik heb dus nog zo'n vier weken te gaan en ik kijk enorm uit naar de cultuur en de belevenissen in Vietnam. Tevens besef ik ook dat tijd vliegt en dat ik over een maand weer op Nederlandse bodem sta, waar familie, vrienden en studie te wachten staat.

Graag wou ik jullie nog laten weten dat ik enkele problemen heb met het laden van foto's, waardoor ik een beetje achterloop met mijn foto verslag. Vaak lukt het me niet om foto's te uploaden vanwege traag internet of ontbrekende software. Hopenlijk kan ik gauw weer enkele foto's op de site plaatsten, want er zijn weer flink een aantal bijgekomen.

Bedankt voor de reacties, en de foto waarbij ik met mijn arme gespreid sta op de top van een berg is niet bewerkt!

Sabaidee!

Slopende jungle trekking en de gouden driehoek

Een felle pijn schiet door mijn rug als in net iets te behendig de trap wil oprennen. Met veel gekreun kom ik overeind, al vloekend van de pijn. Geschrokken komen mijn huisgenoten checken of alles in orde is. Al snel wordt de diagnose gesteld, ik heb een spier in mijn rug verrekt, waardoor ik nu amper kan bewegen. Oorzaak? Een twee daagse slopende jungle trekking en een overnachting op de grond. Dit ging er aan vooraf....

Het is mijn laatste week in Chiang Mai. De scholen zijn gesloten, dus besluiten we actief op verkenning uit te gaan de laatste dagen. Op zondag lopen we 15 kilometer de berg op om een prachtige tempel te bekijken en te genieten van het uitzicht over Chiang Mai. Op maandag begon de dag erg vroeg, omdat we materialen moesten kopen voor ons project. Zoals jullie eerder hebben kunnen lezen hebben we besloten om een zichtbare verbetering achter te laten op de school waar ik heb les gegeven; Wat Pantao. We halen verf, kopen hout en tal van andere materialen. We begeven ons naar de school en beginnen aan een klus die zwaarder blijkt dan gedacht. Wat Pantao heeft maar drie klaslokalen, waarvan alle schoolborden een stevige rennovatie nodig hebben. Ook zijn er een aantal tafels gebroken, of stuk. We werken onzelf een hele dag in het zweet. Het eindresultaat is echter beter dan verwacht. De schoolborden zijn weer zwart, alle gebreken zijn gerepareerd en de klaslokalen op orde gebracht. We zijn ontzettend tevreden met het eindresultaat. We hebben het gevoel iets wezelijks achtergelaten te hebben.

Op dinsdag regelen we enkele zaken voor onze reis en boeken onze 2 daagse jungle trekking, niet wetend wat ons te wachten staat.

Het is vroeg in de ochtend en we stappen in een pick-up truck om ons na een 2 uur durende rit in de jungle te droppen. De groep bestaat uit 6 personen, waaronder David, Fai (Friens for Asia coordinator), en drie duitse meiden. Dat klopt, ik was 2 dagen in de jungle met 3 duits sprekende grieten, dat was al een voorbode voor slecht geluk. Onze gids heet Boon, maar naar 2 dagen komen we erachter dat hij niet de meest spraakzame personen is. Een beetje jammer.
Ik ben er helemaal klaar voor. Ik heb genoeg insectenwerende middelen mee voor een maand, mijn speciale leppork (vork en lepel in 1, van Mams gekregen), stevige wandelschoenen, EHBO kit, hoofdlamp en toiletpapier. We beginnen met een tamelijk saaie olifanten tocht, eten een stevig lunch en beginnen aan onze 2 uur durende wandeling de bergen in. Het eerste wat me opvalt is dat het verschrikkelijk heet is en binnen de korste keren sta ik te druipen als een raketje op een warme zomer middag. Het mag echter niet deren, we wandelen stevig door. We proberen het moraal hoog te houden door een paar stevige wandel nummers, maar de Duitsers lopen de hele boel weer te saboteren, want die kennen alleen huisgemaakte Slager muziek. Verder dan '99 Luftballonen' kom ik niet. De wandeling is constant de berg op, waardoor uitgeput bij onze eerste locatie komen. Een prachtige waterval in het midden van de jungle. We kleden ons om en duiken het water in om te genieten van het heerlijke verfrissende water. We vervolgen onze slopende tocht en de Duitser beginnen te jammer. Het is te steil, te ver en te heet. De gids is tamelijk geiriteerd, David staat te koken en Fai vindt ze zielig. Met mijn beste Duits probeer ik de Duitsers een hart onder de riem te steken, hoewel ik ze liever hier achterliet in de handen van de slangen en spinnen. We vervolgen onze tocht en na een pittige wandeling komen we aan bij Houy Hai, een zeer primitief jungle dorpje in de bergen. We dumpen onze spulen en schuiven aan voor het diner, wat tamelijk verrassend lekker blijkt te zijn. Het uitzicht is fenomenaal. We kijken uit over een vallei van magisch groen, imposante bergen en strak blauwe lucht met zachte witte wolken. De zon schuift langzaam weg achter de horizon om ons voor enkele uren in het donker achter te laten. Samen zitten we die avond bij het vuur, drinken Thais bier en zingen met de gitaar. De nacht brengen we door in een hut gemaakt van bamboe, geen airco, geen ventilator. Het enige wat we hebben is een kleedje op de grond, een klamboe en een slaapzak. Weltrusten. De nacht is donkerder dan donker. Het zwart omhelst je en laat de hele wereld verdwijnen, behalve de vele jungle geluiden.

De nacht is verloopt prima, behalve dat mijn lichaam niet gewend is aan een rotsharde ondergrond. Ik wordt wakker met een flinke pijn in mijn rug, maar die is gelukkig gauw weer weg. Niet voor lang blijkt later. We schuiven onze voeten weer in onze wandelschoenen en vervolgen onze tocht door de jungle. We schieten een paar fantastische foto's en komen aan bij de rivier. Met een bamboe vlot waren we over de rivier, waar zo nu een dan een flinke stroomversnelling is. Eenmaal thuis aangekomen zijn we helemaal kapot. In mijn enthousiasme neem ik een aanloop en wil met twee treden tegelijk eerder boven zijn dan David. Een actie die ik beter niet had kunnen doen. Het is vandaag zaterdag, maar ik slik al drie dagen vele pijnstillers en elke beweging is er 1 teveel. En dit gebeurt net een dag voordat ik voorgoed Chiang Mai verlaat en mijn reis vervolg, wat betekent dat ik een 20 kilo zware rugzak moet tillen. Perfecte timming al zeg ik het zelf!

De laatste avond hebben we een geweldig afscheidfeestje in Chiang Mai tot in de vroege uurtjes. Ik neem uitgebreid afscheid van iedereen en samen met David verlaten we Chiang Mai voor goed. Ik heb met veel plezier in deze stad gewerkt en geleefd. In de weekenden hebben we vele uitstapjes gemaakt buiten de stad, waardoor ik nu het gevoel heb het Noorden goed te kennen. Ik heb geweldige vrienden gemaakt en veel over de Thaise cultuur geleerd. Met weemoed kijk ik terug op een onvergetelijke tijd, maar kijk uit naar het vervolg van mijn reis.

Samen met David reizen we vrijdag per bus naar Chiang Rai. De drie uur durende busrit brengt ons naar de laatste groote stad in het Noorden. We blijven hier tot zondag, waarna we de oversteek naar Laos maken. Vandaag hebben we een auto gehuurd en de omgeving verkennen. Het heet hier de gouden driehoek, aangezien de drie landen bij elkaar komen; Laos, Birma en Thailand. Het was even wennen om aan de linker kant van de weg te rijden, maar het was heerlijk om weer even achter het stuur te zitten. De bestuurder zit weliswaar hier rechts, wat voor flink wat hilariteit zorgt onderweg. Links afslaan en de ruitewissers activeren in plaast van de knipperlichten. Tevens maken we een grens oversteek naar Birma. Het is een beetje spannend, aangezien Birma een vrij politiek instabiel land is. We verblijven enkele uren aan de andere kant van de grens, eten lunch, struinen over de markt en observeren de Birmese bevolking. Gelukkig komen we Thailand weer veilig in.

Morgen gaan we dus de grens over naar Laos. Met een boot varen we 2 dagen lang over de Mekong rivier naar Luang Prabang. Vandaar gaan we verder naar Vaing Vien en dan door naar de hoofstad van Laos, Viettiene. Vandaar vliegen we naar Hanoi, Vietnam.


@ Mama: gefeliciteerd met je verjaard. Liefs en dikke knuffel Damian.

Bedankt voor jullie reactie! Ze zijn geweldig om te lezen!

Sawadee Khap voor de laatste keer!

Meest bijzondere toilet ervaring ooit...

[Dag 26 - 32] Fel gekleurde flitsen verlichten de donkere blauwe hemel. De nacht heeft net zijn intrede gedaan, hoewel het nog maar20:00 uur is. In de windt wappert fier een blauw met rode vlag met strepen en sterren, de Amerikaanse vlag. Het groen gras van het veld waarop ik sta deel ik met honderden andere mensen. De meederheid komt uit Amerika. Het is vandaag4 juli, oftewel 'Independance Day' in Amerika. Aangezien de groep vrijwilligers waarmee ik werk voornamelijk uit Amerikanen bestaat, konden we deze feestdag niet zomaar voorbij laten gaan. Op uitnodiging van het Amerikaans consulaat in Chiang Mai sta ik sinds vier uur in de middag over het veld dat barst van Amerikaanse activiteiten, muziek, eten en drinken. Subway, Mc Donalds, Budweiser bier, hotdogs, etc. etc. Je kan het zo gek niet bedenken of het is er.

De afgelopen week was weer een week vol avonturen en belevenissen. Mijn laatste blog was ongeveer een week geleden geschreven, vlakvoor het weekend. Op zaterdag zijn we afgereisd naar Lampang. Een stad die veel weg heeft van Chiang Mai, maar dan een 10x kleinere versie. Samen met een groep van 6 personen rijden we met een bus in iets meer dan een uur naar deze stad, zuid-oost van Chiang Mai. De stad staat bekend om het feit dat het de enige stad is inThailand waar paard en koets nog als vervoersmiddel wordt gebruikt. Wij zijn op zoek naar iets meer spannends.... De stad kent veel Thais toerisme,maar is redelijk onbekend met blanke toeristen.Op straat staart iedereen ons aan en het is heerlijk om niet steeds andereWestersetoeristen tegen te komen. De mensen zijn hier oprecht geintreseerd in je.

De eerste dag bezoeken we enkele grote en prachtige tempels net buiten de stad. We genieten van de impostantetempels, de gouden boedha's ende geur van bedwelmende wierrook. Samen met Kelsey en David blijven we een nacht in Lampang om er een leuk weekend van te maken. We nemen een guesthouse aan de oever van de rivier die dwars door de stad stroomt. Een plek die onverwachts goed uitpakt. Een rustgevende, oosters uitstralende verblijfplaats met mooie kamers en een belachelijke lage prijs. De andere drie pakken de bus terug naar Chiang Mai. Voordat ze vertrekken eten we nog een heerlijke maaltijd in een authentiek Thias restaurtant. Een grote vis wordt op tafel geserveed en we genieten van de Thaise kunsten.

Nadat onze drie vrienden weg zijn besluiten we een potje te gaan bowlen. Ja dat klopt, Lampang heeft een bowlingcentrum! We verwachten vierkanten ballen, een baan van zand en zelf gemaakte kegels. Niks is minder waar. We komen terecht in een super mooie bowlingbaan, waar niemand te bekennen is, behalve de vrouw achter de kassa. We betalen, kiezen een paar schoenen uit en nemen 1 van de 15 lege banen. We spelen drei potjes achter elkaar en hebben ontzettend veel lol. Een enkele verdwaalde Thai ziet onze competitie met verbazing aan, omdat we helemaal opgaan in het spel. Dat betekent voor mij een spel met veel gebaren, geluiden, gejuich en voornamelijk gevloek. Na het bowlen besluiten we het nachtleven van Lampang te verkennen en beginnen met wijn aan de oever van de rivier. Niet weten weten wat ons die nacht nog allemaal te wachten staat.

We doen een kleine kroegen tocht door de stad, waarbij we elke keer net voor sluitingstijd aankomen. Hier in Thailand is het een beetje de gewoonte dat iedereen na sluitingstijd gezamelijk, dronken op de scooter stapt en na de volgende locatie rijdt. Onze lokale vrienden die we inmiddels rijkelijk aan het maken zijn, springen vrolijk met een fles Johnnie Walker op de scooter. Wij kiezen voor de benen wagen...

De avond eindigt in een plek dat overspoeld is met Thaise jeugd. We zijn gelijk de grootste attractie. We worden aangestaard, er wordt naar ons gewezen, de dames giegelen als je naar ze kijkt. Al gauw maken we de ene na de andere vrienden en hebben de tijd van onze leven. De communicatie gaat stroef, maar de glimlach is een taal die iedereen verstaat. De laatste dag in Chiang Mai hangen we rond,bezoeken wat tempels in de stad, drinken koffie en nemen een heerlijke, maar soms pijnlijke, voetmassage. We nemen afscheid van de stad en reizen terug naar Chiang Mai. Op de weg terug schrijf ik het gedicht wat jullie hieronder kunnen lezen. Ik hoop dat jullie hem leuk vinden! De directeur van de organisatie waar ik voor werk heeft het ook op de weblog van Friens for Asia gezet. ZIe hier de link: http://friendsforasia.blogspot.com/

De rest van de week vliegt voorbij. Ik geef elke dag full time les samen met David op Wat Chetupon, aangezien mijn school een week eerder vakantie heeft. We maken plezier met de kinden. We leren de andere leraren goed kennen en genieten elke dag van de lunch. Omdat het lesgeven soms stroef verloopt, zijn we steeds creatiever geworden met lesgeven. We bedenke verschillende spellen, zingen in de klas, maken dieren geluiden, delen Mentos uit, etc. In de avonden hangen we rond in Chiang Mai, spelen biljart, lopen rond op de avond markt en genieten van onze tijd hier in de stad. Geen avond brengen we zittend op de bank door! Op dinsdag zijn we vrij vanwege een Boedhistische feestdag, dus maandag avond gaan we met een groep vrijwilligers op stap. Het is een avond vol belevenissen. Veel avonturen, maarhier een greep uit de leukste momenten. Aankomen in een enorme chique grote club, om een uur lang met een handje vol andere toeristen een enorm feestje te bouwen op een uitgestorven dansvloer. Vervolgens terechtkomen in een discotheek buiten de stad in een uitgestorven wijk, op advies van enkele andere clubgangers. Van buiten wijst niks erop dat zich binnen het feest afspeelt. We dachten echt dat het misschien onze laatste nacht ooit zou worden.... En de laatste hoogtepunt is een onvergetelijke bezoek aan het toilet in een van de discotheken. Terwijl ik rustig sta te wateren, krijg ik opeens een warme handoek in mijn nek gelegt. Mijn schouders en rugworden vluchtig gemasseerd. In Thais probeerd ik duidelijk te maken dat het echt niet nodig is. Twee donkere bruine ogen kijken me lachend aan en man van middelbare leeftijd gaat al Thais pratend vrolijk door. Ik probeer zo snel mogelijk mijn toilet bezoek te eindigen. De kraan wordt voor me opengendraaid, ik krijg een zeepje aangerijkt en tenslotte een handoek. Ik bedank hem vriendelijk, maar het is klaarblijkelijk nog niet voorbij. Ik moet mijn armen in mijn nek leggen en wordt er met een paar snelle bewegingen de botten van mijn ruggengraat op de juiste plek gezet. Ik geeft hem 20 Bath fooi en verlaat het toilet een ervaring rijker.

Afgelopen vrijdag is mijn laatste werkdag geweest. De laatste klas hebben we besloten om de regels te breken en samen met de monniken te gaan zingen. De monikken mogen niet sporten, vrouwen aanraken en muziek maken of luisteren. Maar muziek is essentieel om te leven, net als lucht, eten en water. We printen de tekst uit van My Love van Westlife. Met een Iphone laten we de melodie horen en binnen de kortse keren staan we met de klas te zingen. Verschillende leraren en studenten komen om de verbaasd om de hoek kijken en uiteindelijk mondt onze klas uit in een gezamelijk groot koor. Ik kon me geen betere manier wensen om mijn vrijwilligerswerk zo af te sluiten. We worden uitbuding bedankt en krijgen cadeaus en speeches. Met pijn in mijn hart verlaat ik mijn werk, maar wel met prachtige herinerringen.

Nog 1 week hier in Chiang Mai en dan aankomende vrijdag mijn reis weer vervolgen. Morgen gaan we een berg beklimmen om een tempel te zien en van het uitzicht te genieten. Wederom iedereen bedankt voor de reacties!

@ Henriette: van harte gefelicteerd met je verjaardag! Mijn beste wensen en ik hoop dat je een leuke dag hebt gehad. Dikke kus en knuffel!

Sawadee Khap

Everywhere I go, you go

Dedicated to my flip-flops (dit gedicht is een ode aan mijn slippers):

'Everywhere I go, you go'

There are so many places we do visit,
no places stay unseen.
A lot of miles we have behind us,
and still so far to go.

The footsteps I am taking,
are different than at home.
I left behind what is beloved,
and also what I fear the most.

But eventually, to travel is never to arrive.

Right here, right now,
I feel unlimited happiness and gratefulness,
for the places where you take me.
I experience great adventures,
and meet a lot of amazing people,
with whom I share my happiness.

This is all because of you.

You never complain,
though you bear a lot of weight.
Always there when I need you,
from the steep mountains till the deep blue coast.

I am not looking for the answers,
to the questions I do have.
You have only known me for a short time,
but you are carrying my honest heart.
Now the love I try to spread is true,
although I regret the people I have harmed.

My time up here is precious,
as I find it hard to leave behind.
More than ever I know I have to carry on,
and face the shadow in my mind.

My friend, thank you for bringing me there,
where I want to be the most.

Your traveling companion,

D.K.